COLUMN – Sommige mensen zijn altijd op tournee. Ik ken een artiestenechtpaar – ze hebben elkaar via een folkband ontmoet, hij fluit, zij accordeon. In de veertig waren ze destijds en er was iets ingewikkelds dat er niet meer toe doet. Het is zo lang geleden. Hij, Laurens, woonde ook een tijdje op een boot, in Amsterdam, net als ik – de koudste tijd van zijn leven, net als bij mij. Nu zijn ze in de zeventig en op tournee, eigenlijk het hele jaar, want hij heeft vaak een blokfluit in zijn zak en zij kan nog heel mooi spelen.
Misschien is het zoals ik altijd onderzoek doe voor iets dat ik schrijf, en meteen al voelde dat er een column in ons etentje zou zitten. Er was een schipper bij, uit de grote vaart, zijn baard was grijs; en een fietser, helemaal uit Hoofddorp. Zijn huid hing wat grauwig om zijn ledematen, maar de jeugdige persoon die hij was straalde daardoorheen, als een kind in een te grote regenjas – een familietrekje schijnbaar, want hij was haar broer.
Het etentje was een overdracht, want ze gingen ergens optreden. Maar eigenlijk was alles dus een optreden. Niet als pose maar van binnenuit, ook als er niemand kijkt. Ook als je samen eet, of sleutelt aan een oude dodge. Simpel. Levenskunst. Prachtig.
De Dodge was een rekwisiet in het theater van hun leven. Laurens reed in stijl door Wageningen en soms was de laadbak van de mosgroene pickup het podium, zoals eigenlijk alles dat kan zijn: een lange tafel, het balkon van mijn flat. De dodge was bijzonder, omdat het ook een eigen show was, met vaste teksten – ‘sla de deur niet te hard dicht, dat raampje zit los’ – rituelen: gerammel om hem te starten, de geur van diesel, het besef dat er geen gordels zijn – elke keer weer – en het rollende ronken bij wegrijden. ‘Cultuur vanuit de laadbak’, staat er op de poster. Maar eigenlijk klopt dat niet. Deze laadbak is cultuur, alles een optreden.
(gepubliceerd in de Gelderlander, augustus 2022)
Meer columns over de Dodge?